Mensen die leven met hiv lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten.1 Op dit moment is weinig bekend over preventieve strategieën waarmee cardiovasculaire aandoeningen bij deze groep kunnen worden voorkomen. Onlangs verschenen de resultaten van de fase III-studie REPRIEVE in The New England Journal of Medicine. In deze studie werd de preventieve werking van pitavastatine ter voorkoming van ernstige cardiovasculaire events bij mensen die leven met hiv onderzocht.2
Mensen die leven met hiv lopen ongeveer een 50% hoger risico op een hartinfarct in vergelijking tot mensen zonder hiv.3 Ook het risico op hartfalen is 50% hoger bij mensen die leven met hiv versus mensen zonder hiv.4 Daarnaast lijkt het risico op een beroerte licht verhoogd na hiv-infectie en lopen mensen die leven met hiv een sterk verhoogd risico op pulmonaire hypertensie.5,6
In de gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde fase III-studie REPRIEVE werden 7.769 mensen die leven met hiv en antiretrovirale therapie kregen willekeurig toegewezen aan de pitavastatine- of placebogroep. De deelnemers in de pitavastatinegroep ontvingen dagelijks een dosis van 4 mg pitavastatine calcium. De primaire uitkomstmaat was het plaatsvinden van een ernstig cardiovasculair event, gedefinieerd als composiet van cardiovasculair overlijden, hartinfarct, ziekenhuisopname door instabiele angina, beroerte, ‘transient ischemic attack’ (TIA), perifere arteriële ischemie, revascularisatie of overlijden door een onbepaalde oorzaak.
De mediane leeftijd van de deelnemers was 50 jaar (interkwartielbereik [IKB]: 45-55), met een mediane CD4-telling van 621 cellen/mm3 (IKB: 448-827) en ondetecteerbaar hiv-RNA bij 87,5% van de deelnemers. De studie werd na een mediane follow-upperiode van 5,1 jaar (IKB: 4,3-5,9) vroegtijdig stopgezet vanwege de aangetoonde werkzaamheid van de interventie. In de pitavastatinegroep was de incidentie van ernstige cardiovasculaire events 4,81 per 1.000 persoonsjaren, in vergelijking tot 7,32 in de placebogroep (HR [95%-BI]: 0,65 [0,48-0,80]; p=0,002). Spiergerelateerde bijwerkingen werden gezien bij 91 deelnemers (2,3%) in de pitavastatinegroep, vergeleken met bij 51 (1,4%) deelnemers in de placebogroep. Diabetes mellitus werd geobserveerd bij 206 (5,3%) deelnemers in de pitavastatinegroep en 155 (4,0%) deelnemers in de placebogroep.
Uit de gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde fase III-studie REPRIEVE is gebleken dat het risico op een ernstig cardiovasculair event bij mensen die leven met hiv verlaagd kan worden door behandeling met pitavastatine.
Referenties