Articles

Botulisme bij een Poolse arbeider in Zeist

TvI - jaargang 12, nummer 3, juni 2017

drs. A.D. Hintaran , dr. D.M.O. Pruissen , dr. A.J Stam , Ir, dr. M.E. Engelsma , dr. L.E. Jansen , dr. E. Fanoy , dr. M.G.J. Koene

SAMENVATTING

In maart 2016 werd er bij een GGD melding gemaakt van een man opgenomen met botulisme. Botulisme is een ziekte die veroorzaakt wordt door toxines van de bacterie Clostridium botulinum. Het klinisch beeld van de patiënt bestond uit progressieve neurologische uitval met ook zwakte van de ademhalingsspieren. Er werd serum opgestuurd ter diagnostiek naar botulinetoxinen. De testresultaten waren positief voor toxine type B en de patiënt kreeg antitoxinen toegediend. Er werd bronopsporing uitgevoerd aan de hand van een voedselanamnese. De patiënt was van Poolse afkomst en woonde pas kort in Nederland. Er waren geen restanten meer van het voedsel dat hij heeft gegeten voordat hij symptomen kreeg. Uit de anamnese bleken zijn maaltijden te bestaan uit diepvriesproducten uit Nederland en uit Polen afkomstige gefermenteerde vleeswaren en groenten. Aangezien het thuis fermenteren van voedsel een traditie is in Polen heeft het nuttigen van onjuist gefermenteerde producten in Polen vaker geleid tot botulisme. Sinds de toetreding van Polen tot de Europese Unie zijn ook in andere landen vaker botulisme gevallen gerapporteerd, gerelateerd aan de consumptie van gefermenteerd voedsel door Polen.

(TIJDSCHR INFECT 2017;12(3):84-7)

Lees verder

Tularemie na 60 jaar terug in Nederland?

TvI - jaargang 10, nummer 6, december 2015

dr. A.C.A.P. Leenders , dr. A.H.P.M. Essink , dr. D.W. Notermans , dr. M.G.J. Koene , dr. B. Schimmer , dr. C.M. Swaan , dr. A. Rietveld

Samenvatting

Na 60 jaar afwezigheid werd in de afgelopen jaren in Nederland Francisella tularensis weer vaker aangetoond, zowel bij humane cases als in dieren. Wij beschrijven een eerste humane casus waarvan besmetting met grote zekerheid in Nederland is opgelopen. Aan de hand van deze casus worden diagnostiek, epidemiologie en gevolgen voor de openbare gezondheidzorg beschreven. Hoewel er vooralsnog sprake is van een gering aantal infecties dient tularemie in de differentiaaldiagnose meegenomen te worden indien er sprake is van een passend klinisch beeld en een mogelijk contact met een bron. Door de diagnostiek centraal uit te blijven voeren en door actieve melding aan de GGD, kan er een goed beeld ontstaan over een eventuele verdere herintroductie van tularemie in Nederland.

(Tijdschr Infect 2015;10(6):194-9)

Lees verder