Articles

Welke patiënten hebben een verhoogd risico op een gecompliceerd beloop van COVID-19?

TvI - jaargang 15, nummer SPECIAL, september 2020

S.C. Renckens , drs. E.N.E. Slok , dr. M. Knol , prof. dr. A. Timen , dr. A.M. Vollaard

SAMENVATTING

Patiënten met een verhoogd risico op ziekenhuisopname vanwege COVID-19 en een gecompliceerd beloop van de ziekte moeten optimaal worden beschermd door contact met personen met (een verdenking op) COVID-19 te voorkomen, het consequent toepassen van hygiënemaatregelen en, in de toekomst, vaccinatie. Om te onderzoeken of onderliggende aandoeningen die geassocieerd zijn met een gecompliceerd beloop van influenza overeenkomen met die bij COVID-19, werd een literatuuronderzoek verricht naar de prevalentie van onderliggende aandoeningen bij een ziekenhuisopname vanwege COVID-19. De prevalentie hiervan werd vergeleken met die bij patiënten met een gecompliceerd beloop van COVID-19 (IC-opname en overlijden) en die bij de algehele bevolking. Door methodologische verschillen varieerden de prevalenties sterk in 21 multicenteronderzoeken met cohorten van 100 ziekenhuispatiënten of meer en in 6 exclusieve IC-cohorten. Oudere leeftijd, mannelijk geslacht, hypertensie, diabetes, obesitas, cardiovasculaire en longaandoeningen komen vaker voor bij IC-behoeftige en overleden patiënten dan bij de overige opgenomen patiënten. Dit werd bevestigd in meerdere gepubliceerde meta-analysen. Behoudens hypertensie en mannelijk geslacht zijn deze factoren ook geassocieerd met een gecompliceerd beloop van influenza. Voor de heterogene ziektecategorieën kanker, chronische nier- en leveraandoeningen en immuundeficiëntie zijn prevalenties onder zowel ziekenhuis-, IC-, als overleden patiënten laag. In meta-analysen werd hierbij geen consistent significant verhoogd risico op een gecompliceerd beloop van COVID-19 gevonden, wat echter wel bij een gecompliceerd beloop van influenza gemeld is. Voordat wordt besloten tot een revisie van het risicobeleid bij COVID-19 (dat tot nu toe gebaseerd is op de bekende risicogroepen bij influenza) is een betere registratie van onderliggende aandoeningen nodig, alsmede bevestiging in meer patiëntcohorten dat voor sommige risicogroepen daadwerkelijk een associatie ontbreekt met de ernst van COVID-19.
(TIJDSCHR INFECT 2020;15(COVID-19-SPECIAL):3-10)

Lees verder

Poliomyelitis in Syrië: gevolgen voor het Midden-Oosten en voor Nederland

TvI - jaargang 9, nummer 5, oktober 2014

prof. dr. A. Timen , dr. W.L.M. Ruijs , dr. H.E. de Melker , dr. J. van der Have , dr. I. Drijfhout , dr. H.G. van der Avoort

Samenvatting

Naar aanleiding van de uitbraak van poliomyelitis in Syrië heeft Nederland maatregelen getroffen om een eventuele introductie en verspreiding van het poliovirus te voorkomen. Ondanks een uitstekende vaccinatiegraad tegen polio en goede immuniteit op populatieniveau, heeft Nederland een verhoogd risico op polioverspreiding ten opzichte van andere landen in de Europese Unie, vanwege de religieuze bezwaren tegen vaccinatie in de reformatorische gezindte (‘bible belt’). Kinderen van asielzoekers uit Syrië met een leeftijd onder de vijf jaar worden bij binnenkomst in Nederland gevaccineerd. Daarnaast onderzoekt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu het rioolwater van de Centrale Opvanglocatie in Ter Apel en worden asielzoekers uit Syrië gehuisvest buiten de ‘bible belt’. Volgens de Wereldgezondheidsraad vormt de huidige verspreiding van het virus in meerdere landen in de wereld een bedreiging voor de volksgezondheid.

(Tijdschr Infect 2014;9(5):134-9)

Lees verder

Internationale clusters van invasieve meningokokken C-infecties onder mannen die seks hebben met mannen: implicaties voor Nederland?

TvI - jaargang 9, nummer 1, februari 2014

dr. M.A.B. van der Sande , prof. dr. A. Timen , dr. A. van de Ende , dr. W.A.M. Berbers , dr. E.L.M. Op de Coul , dr. L. Mollema , dr. M.J. Knol , P.M. van Beek MSc, dr. F.P. Kroon , U. Davidovich , dr. H.E. de Melker , dr. G. Sonder , dr. J.E.A. van Bergen , dr. R.A. Coutinho

Samenvatting

In het voorjaar van 2013 waren er internationale signalen van een verhoogde incidentie van invasieve infecties met serogroep C-meningokokken onder mannen die seks hebben met mannen in enkele grote steden in Europa (Parijs, Berlijn) en Noord-Amerika. De sterfte bij deze uitbraken was hoog (circa 30%). In deze steden zijn vaccinatieadviezen voor mannen die seks hebben met mannen uitgebracht. Sinds de invoering van het meningokokken C-vaccin in het Rijksvaccinatieprogramma en een grootschalige inhaalvaccinatiecampagne in 2002 voor 1 tot 19-jarigen, blijkt meningokokken groep C slechts sporadisch in Nederland voor te komen. Gezien de hoge vaccinatiegraad is de Nederlandse bevolking tot 30-jarige leeftijd via het Rijksvaccinatieprogramma goed beschermd. Nederlandse mannen die seks hebben met mannen ouder dan 30 jaar die reizen naar steden (Parijs, Berlijn en New York) waar zich recent uitbraken voordeden en waar een lokaal vaccinatieadvies geldt, worden geïnformeerd over de mogelijke risico’s en, indien van toepassing, geadviseerd om zich conform lokaal advies te laten vaccineren tegen meningokokken C.

(Tijdschr Infect 2014;9(1):3-8)

Lees verder